Mastenbos

De Vlaamse gemeenschap, via het Agentschap Natuur en Bos, kon in enkele fasen een aantal eigendommen verwerven, die nu gekend zijn als Mastenbos. Het ging in feite om drie verschillende onderdelen. Het dichtst bij fort Ertbrand gelegen was een domein dat toehoorde aan de familie Speth en gebruikt werd voor bosbouw, daarnaast, tot aan de Kalmthoutse steenweg, lag het eigenlijke Mastenbos, het park rond het kasteeldomein Mastenhof van de familie Kronacher en tenslotte het laatste, aan de overzijde van de Kalmthoutse steenweg, wat ooit het De Marteau’s bos was. Dit laatste vormde de verbinding met het andere kasteelpark van baron Kronacker aan de overzijde van de spoorweg, het Wolvenbos, langs een privé spoorwegovergang. De oorsprong is nog steeds te merken aan de indeling en samenstelling van de percelen, al heeft het ANB al enorme inspanningen gedaan om het geheel om te vormen tot een divers geheel met gevarieerd bos, afgewisseld met heidepercelen.

De eerste opdracht bestond in de verwijdering van grote bestanden Amerikaans vogelkers, het opruimen van enkele mislukte aanplantingen en het herstellen van open heidevlakte en gevarieerd loofbos. Ook de wandelpaden, zeker op het deel Speth, moesten grondig worden gerestaureerd, zodat de openstelling voor het publiek snel kon volgen. Het werd voor Kapellen een unieke plek om te wandelen, te lopen, frisse lucht te zoeken en vooral om te genieten van een afwisselend natuurdomein met bos, heide, waterpartijen, een prachtig stukje antitankgracht en lanen met diverse boomsoorten als beuk, moeraseik, linde, kastanje of sterk vertakte Amerikaanse eik. Eigen aan dit bos, en een verrassing voor velen, was de aanwezigheid van een in de natuur verzonken herinnering aan de eerste wereldoorlog. Ooit had het Duitse leger hier, als deel van een verdedigingslinie langs de Nederlandse grens, een imposant stelsel uitgebouwd met bunkers, versperringen en loopgraven.

Als resultaat van de beheerwerken vindt men nu een grote variëteit van vogels, zoals de ijsvogel, de nachtzwaluw, een schare aan zangvogels, bonte en zwarte specht, roofvogels als buizerd, wespendief en havik, hoewel voor waarnemingen soms veel geduld en volharding is vereist. Reeën en een sporadische vos laten zich dan weer vrij gemakkelijk opmerken door vooral de zeer matinale wandelaar. Zeldzame waterplanten als klein blaasjeskruid en egelskop komen voor, naast vele andere, en bij een warme dag in de zomer vliegt een keuze aan libellen en juffers in het rond.

Met uw VMPA gids kan u langs een verscheidenheid van biotopen grasduinen, vogels herkennen, paddenstoelen vinden, het parklandschap bewonderen of de waterpartijen uitzoeken, steeds in functie van de seizoenen en met altijd afwisseling in de waarnemingen.